Scheveningen

Het weekend nadat de “Claes Teunisz” was teruggekeerd uit Terschelling, konden we al weer vertrekken voor het volgende evenement. Vlaggetjesdag te Scheveningen.

Op donderdagavond 10 juni werd de “Claes Teunisz” op het strand gezet, met ’s nachts een wachtsman aan boord. Rekening houdend met het getij was het vertrek bepaald op vrijdag rond 5.30 uur.

Hoewel er vrijwel geen wind was, stond er een flinke branding. Er werd even flink gediscussieerd wat de beste plaats was om te water te gaan en op het juiste moment reed Willem de pinck te water en trok de sliphaak los. De “Claes Teunisz” gleed om 5.35 uur in het zeetje. Onderweg stond een hoge deining, maar de reis ging voorspoedig.

Maar vlakbij Scheveningen — ter hoogte van de wandelpier — draaide wind vrij plotseling en nam toe tot ZW 4/5. Er ontstond een korte steile zee. De pinck nam flink wat buiswater over, maar gelukkig was het afdekzeil over het voorschip gespannen. Drie kwartier later liep de “Claes Teunisz” de haven binnen. De pinck werd in de Scheveningse haven tijdelijk afgemeerd aan een sleepboot. De wind ruimde naar het NW en nam verder toe tot kracht 6.

De volgende dag, zaterdag de 12e, was het vlaggetjesdag. Na het optuigen in een mooie ochtendzon met weinig wind, nam de pinck deel aan het Admiraal-varen in de haven, maar ging niet naar buiten voor de vlootschouw. De wind was namelijk weer toegenomen tot NW 6.

Afgemeerd aan de steiger kwamen regelmatig belangstellenden aan boord. Verder kregen we twee mensen aan boord van een initiatiefgroep om een Scheveningse bomschuit te reconstrueren. Wij wensen hen veel succes met hun plannen.

Afgaande op de ervaring van ’s morgens weinig wind en ’s middags toenemend en de weersverwachting voor de komende dagen, werd besloten om maandagmorgen vroeg te vertrekken. Om 5.30 uur vertrok de Claes Teunisz uit Scheveningen. De wind was NW 1/2. Omstreeks 9.15 uur lag men dwars van Bloemendaal.

Op het strand bij Egmond stond een flinke branding, bij het aanlanden en vrijwel laagwater en regelmatig stotend op de banken kwam de pinck even dwarszee te liggen. Wat voor een ander schip slecht zou kunnen aflopen is voor onze pinck niet zo’n bezwaar, ze is er tenslotte op gebouwd om te kunnen stranden, ook in minder gunstige omstandigheden. Om 12.20 uur stond ze goed vast aan de grond en kon het aftuigen en weer op de wagen halen beginnen. Uiteindelijk stond alles omstreeks 13.30 uur weer in de loods.