“Storm is ook Gods weertje” is een oud Egmonds gezegde. We wisten het al een paar dagen dat de weersverwachting voor de visserijdag slecht was. We trokken ons daar weinig van aan, want er was behoorlijk wat werk aan voor afgegaan en om dan de boel zomaar af te lassen is ook niet alles.
Zaterdag om 7 uur stond de koffie klaar en kwamen de eersten van ons binnen druppelen. Na de koffie gingen we aan de slag, de pinck buiten de loods gereden, vervolgens richting het strand en de “Claes Teunisz” van de wagen af en op het strand neer gezet. Dit alles in een harde ZW wind met stuivend zand en regen. Met een man of 6 de mast op gezet, vanwege de regen geen zeil. Terwijl wij op het strand bezig waren, richtten anderen bij de loods een leuke kraam in. Vanwege het slechte weer stond de visclub in onze lege loods vis te bakken, een prima samenwerking zo.
De visveiling stond gepland om 11 uur. Ondanks twee fikse buien wist veilingmeester H. Hoogervorst weer alle bieders zover te krijgen, dat er leuk geboden werd. Al met al is er weer een mooi bedrag binnengekomen. Nat deden we hierna een “bakkie” in de loods. Na de middag knapte het weer op. Het was in ieder geval droog, maar het bleef hard waaien en stuiven. Dit weer maakte de mensen zeker dorstig, we verkochten de glaasjes “Pinckbitter” heel goed.
Tegen vieren ging we weer naar het strand, tuigden de pinck af en trokken haar weer op de wagen. De kraam was opgeruimd, de loods was inmiddels weer leeg, de pinck werd weer vakkundig naar binnen gereden. Nadat het hek was gesloten namen we er een op de goede afloop na een lange en drukke dag. Maar wel een dag die veel voldoening geeft. “Boitenrippers” weten weer dat Egmond vroeger een vissersplaats was.
